Algemene voorwaarden Prestatie

Inhoudsopgave
Algemene Voorwaarden – ABU
Artikel 1 Werkingssfeer
Artikel 2 Definities
Artikel 3 De opdracht en de terbeschikkingstelling
Artikel 4 Vervanging en beschikbaarheid
Artikel 5 Opschortingsrecht
Artikel 6 Werkprocedure
Artikel 7 Arbeidsduur en werktijden
Artikel 8 Bedrijfssluitingen en verplichte vrije dagen
Artikel 9 Functie en beloning
Artikel 10 Goede uitoefening van leiding en toezicht
Artikel 11 Arbeidsomstandigheden
Artikel 12 Aansprakelijkheid opdrachtgever
Artikel 13 Opdrachtgeverstarief
Artikel 14 Facturatie
Artikel 15 Inspanningsverplichting en aansprakelijkheid
Artikel 16 Intellectuele en industriële eigendom
Artikel 17 Geheimhouding
Artikel 18 Verificatie- en bewaarplicht opdrachtgever
Artikel 19 Voorkoming van ontoelaatbare discriminatie
Artikel 20 Medezeggenschap
Artikel 21 Geschillen
Artikel 22 Slotbepaling
Algemene Voorwaarden – Prestatie Personeelsdiensten B.V.
Artikel 1 Werkingssfeer
Artikel 2 Het aangaan van een arbeidsverhouding met een uitzendkracht
Artikel 3 Bijzondere minimale betalingsverplichtingen
Artikel 4 Betaling en gevolgen wanbetaling

Artikel 1 Werkingssfeer

1. Deze Algemene Voorwaarden zijn van toepassing op alle aanbiedingen, opdrachten
en overige overeenkomsten van de uitzendonderneming voor zover één en ander
betrekking heeft op het ter beschikking stellen van uitzendkrachten aan opdrachtgevers.

2. Eventuele inkoop- of andere voorwaarden van de opdrachtgever zijn niet van
toepassing.

3. Van deze Algemene Voorwaarden afwijkende afspraken zijn slechts van toepassing
indien schriftelijk overeengekomen.

Artikel 2 Definities
In deze Algemene Voorwaarden wordt verstaan onder:
1. Uitzendonderneming: de in Nederland gevestigde uitzendonderneming die op basis
van een overeenkomst uitzendkrachten ter beschikking stelt aan opdrachtgevers.
2. Uitzendkracht: iedere natuurlijke persoon, die een uitzendovereenkomst als bedoeld
in artikel 7:690 BW is aangegaan met de uitzendonderneming teneinde arbeid te verrichten
voor een derde onder leiding en toezicht van die derde.
3. Opdrachtgever: iedere natuurlijke of rechtspersoon die een uitzendkracht werkzaamheden
onder diens leiding en toezicht in het kader van een opdracht als
bedoeld in lid 4 van dit artikel laat uitvoeren.
4. Opdracht: de overeenkomst tussen een opdrachtgever en de uitzendonderneming
op grond waarvan een enkele uitzendkracht, als bedoeld in lid 2 van dit artikel, door
de uitzendonderneming aan de opdrachtgever ter beschikking wordt gesteld om
onder diens leiding en toezicht werkzaamheden te verrichten, zulks tegen betaling
van het opdrachtgeverstarief.
5. Terbeschikkingstelling: de tewerkstelling van een uitzendkracht in het kader van
een opdracht.
6. Uitzendbeding: de schriftelijke bepaling in de arbeidsovereenkomst tussen de uitzendonderneming
en de uitzendkracht en/of in de CAO, inhoudend dat de arbeidsovereenkomst
van rechtswege eindigt doordat de terbeschikkingstelling van de
uitzendkracht door de uitzendonderneming aan de opdrachtgever op verzoek van de
2
opdrachtgever ten einde komt (artikel 7:691 lid 2 BW).
7. CAO: de collectieve arbeidsovereenkomst voor Uitzendkrachten, gesloten tussen de
Algemene Bond Uitzendondernemingen (ABU) enerzijds en FNV Bondgenoten, CNV
Dienstenbond en De Unie anderzijds.
8. Opdrachtgeverstarief: het door de opdrachtgever aan de uitzendonderneming
verschuldigde tarief, exclusief toeslagen, kostenvergoedingen en BTW. Het tarief
wordt per uur gerekend, tenzij anders vermeld.
9. Inlenersbeloning: de rechtens geldende beloning van een werknemer in dienst van
de opdrachtgever, werkzaam in een functie die gelijk of gelijkwaardig is aan de functie
die de uitzendkracht uitoefent. De inlenersbeloning bestaat volgens de CAO
2017-2019 uit de navolgende elementen:
a. Het geldende periodeloon in de schaal
b. De van toepassing zijnde arbeidsduurverkorting (naar keuze van de uitzendonderneming
te compenseren in tijd of geld)
c. Toeslagen voor overwerk, verschoven uren, onregelmatigheid (waaronder
feestdagentoeslag) en ploegentoeslagen
d. Initiële loonsverhogingen, hoogte en tijdstip als bij de opdrachtgever bepaald
e. Kostenvergoedingen (voor zover de uitzendonderneming deze vrij van loonheffing
en premies kan uitbetalen)
f. Periodieken, hoogte en tijdstip als bij de opdrachtgever bepaald.
10. Vakkrachtenregeling: de specifieke bepaling(en) in de bij de opdrachtgever geldende
CAO, die betrekking hebben op de beloning (als bedoeld in lid 9) van vakkrachten
en die schriftelijk zijn aangemeld bij en goedgekeurd door partijen bij de (ABU) CAO
voor Uitzendkrachten en dientengevolge toegepast moet(en) worden met ingang
van de eerste dag van de verblijfsduur van de uitzendkracht bij de betreffende
opdrachtgever.

Artikel 3 De opdracht en de terbeschikkingstelling
Opdracht
1. De opdracht wordt aangegaan voor bepaalde of onbepaalde tijd.
2. De opdracht voor bepaalde tijd is de opdracht die wordt aangegaan:
óf voor een vaste periode;
óf voor een bepaalbare periode;
óf voor een bepaalbare periode die een vaste periode niet overschrijdt.
De opdracht voor bepaalde tijd eindigt van rechtswege door het verstrijken van de
overeengekomen tijd of doordat een vooraf vastgestelde objectief bepaalbare
gebeurtenis zich voordoet.
Einde opdracht
3. Opzegging van een opdracht voor onbepaalde tijd dient schriftelijk te geschieden
met inachtneming van een opzegtermijn van 15 kalenderdagen.
4. Tussentijdse opzegging van de opdracht voor bepaalde tijd is niet mogelijk, tenzij
schriftelijk anders is overeengekomen. Indien tussentijdse opzegging is overeengekomen,
is opzegging mogelijk met een opzegtermijn van 15 kalenderdagen. De
opzegging dient schriftelijk te geschieden.
5. Elke opdracht eindigt onverwijld wegens ontbinding op het tijdstip dat één van beide
partijen de ontbinding van de opdracht inroept omdat:
de andere partij in verzuim is;
de andere partij geliquideerd is;
de andere partij in staat van faillissement is verklaard of surséance van betaling
heeft aangevraagd.
Indien de uitzendonderneming de ontbinding op één van deze gronden inroept, ligt in
de gedraging van de opdrachtgever, waarop de ontbinding is gebaseerd, het verzoek van
de opdrachtgever besloten om de terbeschikkingstelling te beëindigen. Dit leidt niet tot
enige aansprakelijkheid van de uitzendonderneming voor de schade die de opdrachtgever
dientengevolge leidt. Ten gevolge van de ontbinding zullen de vorderingen van de
uitzendonderneming onmiddellijk opeisbaar zijn.
Einde terbeschikkingstelling
6. Het einde van de opdracht betekent het einde van de terbeschikkingstelling.
Beëindiging van de opdracht door de opdrachtgever houdt in het verzoek van de
opdrachtgever aan de uitzendonderneming om de lopende terbeschikkingstelling(
en) te beëindigen tegen de datum waarop de opdracht rechtsgeldig is
geëindigd, respectievelijk waartegen de opdracht rechtsgeldig is ontbonden.
7. Indien tussen de uitzendkracht en de uitzendonderneming het uitzendbeding geldt,
3
eindigt de terbeschikkingstelling van de uitzendkracht op verzoek van de opdrachtgever
op het moment dat de uitzendkracht meldt dat hij niet in staat is de arbeid te
verrichten wegens arbeidsongeschiktheid. Voor zover nodig wordt de opdrachtgever
geacht dit verzoek te hebben gedaan. De opdrachtgever zal dit verzoek desgevraagd
schriftelijk aan de uitzendonderneming bevestigen.
8. De terbeschikkingstelling eindigt van rechtswege indien en zodra de uitzendonderneming
de uitzendkracht niet meer ter beschikking kan stellen, doordat de arbeidsovereenkomst
tussen de uitzendonderneming en de uitzendkracht is geëindigd en
deze arbeidsovereenkomst niet aansluitend wordt voortgezet ten behoeve van
dezelfde opdrachtgever. De uitzendonderneming schiet in dit geval niet toerekenbaar
tekort jegens de opdrachtgever en is evenmin aansprakelijk voor eventuele
schade die de opdrachtgever hierdoor lijdt.

Artikel 4 Vervanging en beschikbaarheid
1. De uitzendonderneming is gerechtigd om gedurende de looptijd van de opdracht
een vervangende uitzendkracht aan te bieden. De opdrachtgever kan een dergelijk
voorstel op redelijke gronden afwijzen.
2. De uitzendonderneming is te allen tijde gerechtigd aan de opdrachtgever een voorstel
te doen tot vervanging van een ter beschikking gestelde uitzendkracht door een
andere uitzendkracht onder voortzetting van de opdracht, zulks met het oog op het
bedrijfsbeleid of personeelsbeleid van de uitzendonderneming, behoud van werkgelegenheid
of naleving van geldende wet- en regelgeving, in het bijzonder de ontslagrichtlijn
voor de uitzendbranche. De opdrachtgever zal een dergelijk voorstel slechts
op redelijke gronden afwijzen. De opdrachtgever zal een eventuele afwijzing desgevraagd
schriftelijk motiveren.
3. De uitzendonderneming schiet niet toerekenbaar tekort jegens de opdrachtgever en
is niet gehouden tot vergoeding van enige schade of kosten aan de opdrachtgever,
indien de uitzendonderneming om welke reden dan ook een (vervangende) uitzendkracht
niet (meer), althans niet (meer) op de wijze en in de omvang als bij de
opdracht of nadien overeengekomen aan de opdrachtgever ter beschikking kan stellen.

Artikel 5 Opschortingsrecht
1. De opdrachtgever is niet gerechtigd de tewerkstelling van de uitzendkracht tijdelijk
geheel of gedeeltelijk op te schorten, tenzij er sprake is van overmacht in de zin van
artikel 6:75 Burgerlijk Wetboek.
2. In afwijking van lid 1 van dit artikel is opschorting wel mogelijk indien:
dit schriftelijk wordt overeengekomen en daarbij de looptijd is vastgelegd én;
de opdrachtgever aantoont dat tijdelijk geen werk voorhanden is of de uitzendkracht
niet te werk kan worden gesteld én;
de uitzendonderneming jegens de uitzendkracht met succes een beroep kan
doen op uitsluiting van de loondoorbetalingsplicht op grond van de CAO.
De opdrachtgever is voor de duur van de opschorting het opdrachtgeverstarief niet
verschuldigd.
3. Indien de opdrachtgever niet gerechtigd is de tewerkstelling tijdelijk op te schorten,
maar de opdrachtgever tijdelijk geen werk heeft voor de uitzendkracht of de uitzendkracht
niet te werk kan stellen, is de opdrachtgever gehouden voor de duur van de
opdracht onverkort aan de uitzendonderneming het opdrachtgeverstarief te voldoen
over het per periode (week, maand, en dergelijke) krachtens opdracht laatstelijk
geldende of gebruikelijke aantal uren en overuren.

Artikel 6 Werkprocedure
1. De opdrachtgever verstrekt de uitzendonderneming voor aanvang van de opdracht
een accurate omschrijving van de functie, functie-eisen, werktijden, arbeidsduur, werkzaamheden,
arbeidsplaats, arbeidsomstandigheden en de beoogde looptijd van de
opdracht.
2. De uitzendonderneming bepaalt aan de hand van de door de opdrachtgever verstrekte
informatie en de haar bekende hoedanigheden, kennis en vaardigheden van
de voor ter beschikking in aanmerking komende uitzendkrachten, welke uitzendkrachten
zij aan de opdrachtgever voorstelt ter uitvoering van de opdracht. De
opdrachtgever is gerechtigd de voorgestelde uitzendkracht af te wijzen, waardoor de
terbeschikkingstelling van de voorgestelde uitzendkracht geen doorgang vindt.
3. De uitzendonderneming schiet niet tekort jegens de opdrachtgever en is niet gehouden
tot vergoeding van enige schade indien de contacten tussen de opdrachtgever
4
en de uitzendonderneming voorafgaande aan een mogelijke opdracht, waaronder
begrepen een concrete aanvraag van de opdrachtgever om een uitzendkracht ter
beschikking te stellen, om welke reden dan ook niet of niet binnen de door de
opdrachtgever gewenste termijn, leiden tot de daadwerkelijke terbeschikkingstelling
van een uitzendkracht.
4. De uitzendonderneming is niet aansprakelijk voor schade ten gevolge van het inzetten
van arbeidskrachten die niet blijken te voldoen aan de door de opdrachtgever
gestelde eisen, tenzij de opdrachtgever binnen een redelijke termijn na aanvang van
de terbeschikkingstelling een schriftelijke klacht terzake bij de uitzendonderneming
indient en daarbij bewijst dat er sprake is van opzet of bewuste roekeloosheid van de
uitzendonderneming bij de selectie.

Artikel 7 Arbeidsduur en werktijden
1. De arbeidsomvang en de werktijden van de uitzendkracht bij de opdrachtgever worden
vastgelegd in de opdrachtbevestiging, dan wel anders overeengekomen. De
werktijden, de arbeidsduur en de rusttijden van de uitzendkracht zijn gelijk aan de bij
opdrachtgever terzake gebruikelijke tijden en uren, tenzij anders is overeengekomen.
De opdrachtgever staat er voor in, dat de arbeidsduur en de rust- en werktijden van
de uitzendkracht voldoen aan de wettelijke vereisten. De opdrachtgever ziet er op
toe dat de uitzendkracht de rechtens toegestane werktijden en de overeengekomen
arbeidsomvang niet overschrijdt.
2. Vakantie en verlof van de uitzendkracht worden geregeld conform de wet en de
CAO.

Artikel 8 Bedrijfssluitingen en verplichte vrije dagen
1. De opdrachtgever dient de uitzendonderneming bij het aangaan van de opdracht te
informeren omtrent eventuele bedrijfssluitingen en collectief verplichte vrije dagen
gedurende de looptijd van de opdracht, opdat de uitzendonderneming deze omstandigheid,
indien mogelijk, deel kan laten uitmaken van de arbeidsovereenkomst met
de uitzendkracht. Indien een voornemen tot vaststelling van een bedrijfssluiting
en/of collectief verplichte vrije dagen bekend wordt na het aangaan van de opdracht,
dient de opdrachtgever de uitzendonderneming onmiddellijk na het bekend worden
hiervan te informeren. Indien de opdrachtgever nalaat om de uitzendonderneming
tijdig te informeren, is de opdrachtgever gehouden voor de duur van de bedrijfssluiting
onverkort aan de uitzendonderneming het opdrachtgeverstarief te voldoen over
het krachtens de opdracht en voorwaarden laatstelijk geldende of gebruikelijke aantal
uren en overuren per periode.

Artikel 9 Functie en beloning
1. Voor aanvang van de opdracht verstrekt de opdrachtgever de omschrijving van de
door de uitzendkracht uit te oefenen functie en de bijbehorende inschaling in de
beloningsregeling van de opdrachtgever.
2. De beloning van de uitzendkracht, daaronder mede begrepen eventuele toeslagen en
kostenvergoedingen, wordt vastgesteld conform de CAO (daaronder mede begrepen
de bepalingen omtrent de inlenersbeloning, zie hierna leden 4 en 6) en de van toeA
passing zijnde wet- en regelgeving, zulks aan de hand van de door de opdrachtgever
verstrekte functieomschrijving.
3. Indien op enig moment blijkt dat die functieomschrijving en de bijbehorende inschaling
niet overeenstemt met de werkelijk door de uitzendkracht uitgeoefende
functie, zal de opdrachtgever aan de uitzendonderneming onverwijld de juiste functieomschrijving
met bijbehorende inschaling aanreiken. De beloning van de uitzendkracht
zal opnieuw worden vastgesteld aan de hand van de nieuwe functieomschrijving.
De functie en/of inschaling, kan tijdens de opdracht worden aangepast,
indien de uitzendkracht op die aanpassing in redelijkheid aanspraak maakt met een
beroep op wet- en regelgeving, de CAO en/of de inlenersbeloning. Indien de aanpassing
leidt tot een hogere beloning, corrigeert de uitzendonderneming de beloning
van de uitzendkracht én het opdrachtgeverstarief dienovereenkomstig. De opdrachtgever
is dit gecorrigeerde tarief vanaf het moment van de uitoefening van de daadwerkelijke
functie aan de uitzendonderneming verschuldigd.
4. De uitzendonderneming is op grond van de CAO verplicht na 26 door de uitzendkracht
bij de opdrachtgever gewerkte weken de inlenersbeloning, toe te passen.
5. De opdrachtgever zal de uitzendonderneming tijdig doch uiterlijk in de 22ste door de
uitzendkracht bij hem gewerkte week, voorzien van informatie over alle in artikel 2
5
lid 9 bedoelde elementen van de inlenersbeloning (wat betreft de hoogte en tijdstip
van initiële loonsverhogingen; alleen voorzover op dat moment bekend).
6. Indien de uitzendonderneming met de opdrachtgever is overeengekomen met
ingang van de eerste werkdag van de uitzendkracht de inlenersbeloning toe te passen
en/of indien sprake is van een vakkrachtenregeling, past de uitzendonderneming
de inlenersbeloning toe vanaf de eerste werkdag van de uitzendkracht en zal de
opdrachtgever voor aanvang van de werkzaamheden de uitzendonderneming voorzien
van de in lid 5 van dit artikel genoemde informatie.
7. De opdrachtgever stelt de uitzendonderneming tijdig en in ieder geval direct bij het
bekend worden, op de hoogte van wijzigingen in de inlenersbeloning en van vastgestelde
initiële loonsverhogingen.
8. Overwerk, werk in ploegendiensten, op bijzondere tijden of dagen (daaronder begrepen
feestdagen) en/of verschoven uren wordt beloond conform de ter zake geldende
regeling in de CAO of – indien van toepassing – de inlenersbeloning en wordt aan de
opdrachtgever doorberekend.

Artikel 10 Goede uitoefening van leiding en toezicht
1. De opdrachtgever zal zich ten aanzien van de uitzendkracht bij de uitoefening van
het toezicht of de leiding alsmede met betrekking tot de uitvoering van het werk
gedragen op dezelfde zorgvuldige wijze als waartoe hij ten opzichte van zijn eigen
medewerkers gehouden is.
2. Het is de opdrachtgever niet toegestaan de uitzendkracht op zijn beurt aan een
derde ‘door te lenen’; dat wil zeggen aan een derde ter beschikking te stellen voor
het onder toezicht of leiding van deze derde verrichten van werkzaamheden. Onder
doorlening wordt mede verstaan het door de opdrachtgever ter beschikking stellen
aan een (rechts)persoon waarmee de opdrachtgever in een groep (concern) is verbonden.
3. De opdrachtgever kan de uitzendkracht slechts te werk stellen in afwijking van het
bij opdracht en voorwaarden bepaalde, indien de uitzendonderneming en de uitzendkracht
daarmee vooraf schriftelijk hebben ingestemd.
4. Tewerkstelling van de uitzendkracht in het buitenland door een in Nederland gevestigde
opdrachtgever is slechts mogelijk onder strikte leiding en toezicht van de
opdrachtgever en voor bepaalde tijd, indien dit schriftelijk is overeengekomen met
de uitzendonderneming en de uitzendkracht daarmee schriftelijk heeft ingestemd.
5. De opdrachtgever zal aan de uitzendkracht de schade vergoeden die deze lijdt doordat
een aan hem toebehorende zaak, die in het kader van de opgedragen werkzaamheden
is gebruikt, is beschadigd of teniet gegaan.
6. De uitzendonderneming is tegenover de opdrachtgever niet aansprakelijkheid voor
schaden en verliezen aan de opdrachtgever, derden dan wel aan de uitzendkracht
zelf die voortvloeien uit doen of nalaten van de uitzendkracht.
7. De uitzendonderneming is tegenover de opdrachtgever niet aansprakelijk voor
verbintenissen die uitzendkrachten zijn aangegaan met of die voor hen zijn ontstaan
jegens opdrachtgever of derden, al dan niet met toestemming van de opdrachtgever
of die derden.
8. De opdrachtgever vrijwaart de uitzendonderneming voor elke aansprakelijkheid
(inclusief kosten met inbegrip van de daadwerkelijke kosten van rechtsbijstand) van
de uitzendonderneming als werkgever van de uitzendkracht – direct of indirect – terzake
van de in leden 5, 6 en 7 van dit artikel bedoelde schaden, verliezen en verbintenissen.
9. De opdrachtgever zal zich, voorzover mogelijk, afdoende verzekeren tegen aansprakelijkheid
op grond van het bepaalde in dit artikel. Op verzoek van de uitzendonderneming
verstrekt de opdrachtgever een bewijs van verzekering.

Artikel 11 Arbeidsomstandigheden
De opdrachtgever verklaart zich bekend met het feit dat hij in de Arbeidsomstandighedenwet
wordt aangemerkt als werkgever.
1. De opdrachtgever is jegens de uitzendkracht en de uitzendonderneming verantwoordelijk
voor de nakoming van de uit artikel 7:658 Burgerlijk Wetboek, de Arbeidsomstandighedenwet
en de daarmee samenhangende regelgeving voortvloeiende
verplichtingen op het gebied van de veiligheid op de werkplek en goede arbeidsomstandigheden
in het algemeen.
2. De opdrachtgever is gehouden om aan de uitzendkracht en aan de uitzendonderneming
tijdig, in ieder geval één werkdag voor aanvang van de werkzaamheden schriftelijk
informatie te verstrekken over de verlangde beroepskwalificaties en de
specifieke kenmerken van de in te nemen arbeidsplaats. De opdrachtgever geeft de
6
uitzendkracht actieve voorlichting met betrekking tot de binnen zijn onderneming
gehanteerde Risico Inventarisatie en Evaluatie (RIE).
3. Indien de uitzendkracht een bedrijfsongeval of een beroepsziekte overkomt, zal de
opdrachtgever, indien wettelijk vereist, de bevoegde instanties hiervan onverwijld op
de hoogte stellen en ervoor zorg dragen dat daarvan onverwijld een schriftelijke rapportage
wordt opgemaakt. In de rapportage wordt de toedracht van het ongeval
zodanig vastgelegd, dat daaruit met redelijke mate van zekerheid kan worden opgemaakt
of en in hoeverre het ongeval het gevolg is van het feit dat onvoldoende maatregelen
waren genomen ter voorkoming van het ongeval dan wel beroepsziekte. De
opdrachtgever informeert de uitzendonderneming zo spoedig mogelijk over het
bedrijfsongeval of de beroepsziekte en overlegt een kopie van de opgestelde rapportage.
4. De opdrachtgever zal aan de uitzendkracht vergoeden – en de uitzendonderneming
vrijwaren tegen – alle schade (inclusief kosten met inbegrip van de daadwerkelijke
kosten van rechtsbijstand) die de uitzendkracht in het kader van de uitoefening van
zijn werkzaamheden lijdt, indien en voor zover de opdrachtgever en/of de uitzendonderneming
daarvoor aansprakelijk is op grond van artikel 7:658 en/of artikel 7:611
Burgerlijk Wetboek.
5. Indien het bedrijfsongeval tot de dood leidt, is de opdrachtgever gehouden schade
(inclusief kosten met inbegrip van de daadwerkelijke kosten van rechtsbijstand) te
vergoeden conform artikel 6:108 Burgerlijk Wetboek aan de in dat artikel genoemde
personen.
6. De opdrachtgever zal zich afdoende verzekeren tegen aansprakelijkheid op grond
van het bepaalde in dit artikel. Op verzoek van de uitzendonderneming verstrekt de
opdrachtgever een bewijs van verzekering.

Artikel 12 Aansprakelijkheid opdrachtgever
1. De opdrachtgever die de verplichtingen die voor hem voortvloeien uit deze
Algemene Voorwaarden, in het bijzonder de verplichtingen als omschreven in de
artikelen 3 (leden 5, 6 en 7), 4 (lid 3), 8, 9 (leden 1, 3, 5 en 7), 10 (leden 1 t/m 5, 8 en 9),
11 (2 t/m 6), 14 (lid 2), 17 (lid 1), 19 en 20 (lid 1) niet nakomt, is gehouden tot vergoeding
van alle daaruit voortvloeiende schade van de uitzendonderneming (inclusief
alle kosten waaronder die van rechtsbijstand), zonder dat voorafgaande ingebrekestelling
nodig is, en hij dient de uitzendonderneming zonodig terzake te vrijwaren.
Dit laat onverlet, dat de uitzendonderneming eventuele andere vorderingen kan
instellen, zoals het inroepen van ontbinding. Het bepaalde in dit artikel is van algemene
gelding, zowel – zo nodig aanvullend – ten aanzien van onderwerpen waarbij de
schadevergoedingsplicht reeds afzonderlijk in deze Algemene Voorwaarden is geregeld
als ten aanzien van onderwerpen waarbij dat niet het geval is.

Artikel 13 Opdrachtgeverstarief
1. Het door de opdrachtgever aan de uitzendonderneming verschuldigde opdrachtgeverstarief
wordt berekend over de uren waarop de uitzendonderneming op grond
van de opdracht en/of voorwaarden aanspraak heeft en wordt altijd ten minste berekend
over de door de uitzendkracht werkelijk gewerkte uren. Het opdrachtgeverstarief
wordt vermenigvuldigd met de toeslagen en vermeerderd met de kostenvergoedingen
die de uitzendonderneming verschuldigd is aan de uitzendkracht. Over
het opdrachtgeverstarief, de toeslagen en kostenvergoedingen wordt BTW in rekening
gebracht.
2. Indien op enig moment, overeenkomstig artikel 9 lid 4 van deze voorwaarden de
inlenersbeloning moet worden toegepast, stelt de uitzendonderneming de beloning
van de uitzendkracht en het opdrachtgeverstarief opnieuw vast op basis van de door
de opdrachtgever verstrekte informatie omtrent de functie-indeling en inlenersbeloning.
In de beloning en het opdrachtgeverstarief worden alle bij de opdrachtgever
geldende elementen van de inlenersbeloning, meegenomen.
3. Naast het in lid 2 bedoelde geval is de uitzendonderneming in ieder geval ook
gerechtigd om het opdrachtgeverstarief tijdens de looptijd van de opdracht aan te
passen, indien de kosten van de uitzendarbeid stijgen:
als gevolg van wijziging van de CAO of van de daarbij geregelde lonen of wijziging
van de bij de opdrachtgever geldende CAO en/of arbeidsvoorwaardenregeling
of de daarbij geregelde lonen;
als gevolg van wijzigingen in of tengevolge van wet- en regelgeving, waaronder
begrepen wijzigingen in of tengevolge van de sociale en fiscale wet- en regelgeving,
de CAO voor Uitzendkrachten of enig verbindend voorschrift;
7
uitkering, voortvloeiende uit de CAO, de bij de opdrachtgever geldende CAO
en/of arbeidsvoorwaardenregeling en/of wet- en regelgeving.
4. Indien de opdrachtgever in strijd met de leden 2 en 3 van dit artikel niet instemt met
betaling van het aangepaste opdrachtgeverstarief, dan ligt daarin besloten het verzoek
van de opdrachtgever om de terbeschikkingstelling te beëindigen.
5. Iedere aanpassing van het opdrachtgeverstarief wordt door de uitzendonderneming
zo spoedig mogelijk aan de opdrachtgever bekend gemaakt en schriftelijk aan de
opdrachtgever bevestigd. Indien door enige oorzaak die toerekenbaar is aan de
opdrachtgever de beloning en/of het opdrachtgeverstarief te laag is/zijn vastgesteld,
is de uitzendonderneming gerechtigd ook achteraf met terugwerkende kracht de
beloning en het opdrachtgeverstarief op het juiste niveau te brengen. De uitzendonderneming
kan tevens hetgeen de opdrachtgever daardoor te weinig heeft betaald
en kosten die als gevolg hiervan door de uitzendonderneming zijn gemaakt, aan de
opdrachtgever in rekening brengen.

Artikel 14 Facturatie
1. Facturatie vindt plaats op basis van de met de opdrachtgever overeengekomen wijze
van tijdverantwoording en voorts op basis van hetgeen de opdracht, bij overeenkomst
of deze voorwaarden is bepaald. Tenzij schriftelijk anders is overeengekomen,
geschiedt de tijdverantwoording middels door de opdrachtgever schriftelijk geaccordeerde
declaratieformulieren.
2. De opdrachtgever en uitzendonderneming kunnen overeenkomen dat de tijdverantwoording
geschiedt middels een tijdregistratiesysteem, een elektronisch en/of automatiseringssysteem
of middels door of voor de opdrachtgever opgestelde
overzichten.
3. De opdrachtgever draagt zorg voor een correcte en volledige tijdverantwoording en
is gehouden erop toe te zien of te doen toezien, dat de daarin opgenomen gegevens
van de uitzendkracht correct en naar waarheid zijn vermeld, zoals: naam van de uitzendkracht,
het aantal gewerkte uren, overuren, onregelmatigheidsuren en ploegenuren,
de overige uren waarover ingevolge de opdracht en voorwaarden het
opdrachtgeverstarief is verschuldigd, de eventuele toeslagen en eventuele werkelijk
gemaakte onkosten.
4. Indien de opdrachtgever de tijdverantwoording aanlevert zorgt hij ervoor dat de uitzendonderneming
aansluitend aan de door de uitzendkracht gewerkte week over de
tijdverantwoording beschikt. De opdrachtgever is verantwoordelijk voor de wijze
waarop de tijdverantwoording aan de uitzendonderneming wordt verstrekt.
5. Alvorens de opdrachtgever de tijdverantwoording aanlevert geeft hij de uitzendkracht
de gelegenheid de tijdverantwoording te controleren. Indien en voor zover de
uitzendkracht de in de tijdverantwoording vermelde gegevens betwist, is de uitzendonderneming
gerechtigd de uren en kosten vast te stellen overeenkomstig de opgave
van de uitzendkracht, tenzij de opdrachtgever kan aantonen dat de door hem vermelde
gegevens correct zijn.
6. Indien de tijdverantwoording geschiedt middels door de uitzendkracht aan te leveren
declaratieformulieren, behoudt de opdrachtgever een kopie van het declaratieformulier.
Bij verschil tussen het door de uitzendkracht bij de uitzendonderneming
ingeleverde declaratieformulier en het door de opdrachtgever behouden afschrift,
geldt het door de uitzendkracht bij de uitzendonderneming ingeleverde declaratieformulier
voor de afrekening als volledig bewijs, behoudens geleverd tegenbewijs
door de opdrachtgever.

Artikel 15 Inspanningsverplichting en aansprakelijkheid
1. De uitzendonderneming is gehouden zich in te spannen om de opdracht naar behoren uit
te voeren. Indien en voor zover de uitzendonderneming deze verplichting niet nakomt, is
de uitzendonderneming, met inachtneming van het hierna in de leden 2 en 3 en elders in
de Algemene Voorwaarden bepaalde, gehouden tot vergoeding van de daaruit voortvloeiende
directe schade van de opdrachtgever, mits de opdrachtgever zo spoedig mogelijk,
doch uiterlijk drie maanden na het ontstaan of bekend worden van die schade een schriftelijke
klacht terzake indient bij de uitzendonderneming en daarbij aantoont dat de schade
het rechtstreekse gevolg is van een toerekenbare tekortkoming aan de zijde van de
uitzendonderneming.
2. Iedere eventuele uit de opdracht voortvloeiende aansprakelijkheid van de uitzendonderneming
is beperkt tot het door de uitzendonderneming aan de opdrachtgever
in rekening te brengen opdrachtgeverstarief voor de uitvoering van de opdracht,
8
zulks voor het overeengekomen aantal arbeidsuren en de overeengekomen duur van
de opdracht tot een maximum van drie maanden. Het door de uitzendonderneming
maximaal uit te keren bedrag gaat in geen geval het door haar verzekering uit te
keren bedrag te boven.
3. Aansprakelijkheid van de uitzendonderneming voor indirecte schade, daaronder
begrepen gevolgschade, gederfde winst, gemiste besparingen en schade door
bedrijfsstagnatie, is in alle gevallen uitgesloten.

Artikel 16 Intellectuele en industriële eigendom
1. De uitzendonderneming zal de uitzendkracht op verzoek van de opdrachtgever, een
schriftelijke verklaring laten ondertekenen teneinde – voorzover nodig en mogelijk –
te bewerkstelligen c.q. bevorderen, dat alle rechten van intellectuele en industriële
eigendom op de resultaten van de werkzaamheden van de uitzendkracht toekomen,
respectievelijk (zullen) worden overgedragen aan de opdrachtgever. Indien de uitzendonderneming
in verband hiermee een vergoeding verschuldigd is aan de uitzendkracht
of anderszins kosten dient te maken, is de opdrachtgever een gelijke
vergoeding c.q. gelijke kosten verschuldigd aan de uitzendonderneming.
2. Het staat de opdrachtgever vrij om rechtstreeks een overeenkomst met de uitzendkracht
aan te gaan of hem een verklaring ter ondertekening voor te leggen terzake
van de in lid 1 bedoelde intellectuele en industriële eigendomsrechten. De opdrachtgever
informeert de uitzendonderneming over zijn voornemen daartoe en verstrekt
een afschrift van de terzake opgemaakte overeenkomst/verklaring aan de uitzendonderneming.
3. De uitzendonderneming is jegens de opdrachtgever niet aansprakelijk voor een
boete of dwangsom, die de uitzendkracht verbeurt of eventuele schade van de
opdrachtgever als gevolg van het feit dat de uitzendkracht zich beroept op enig recht
van intellectuele en/of industriële eigendom.

Artikel 17 Geheimhouding
1. De uitzendonderneming en de opdrachtgever zullen geen vertrouwelijke informatie
van of over de andere partij, diens activiteiten en relaties, die hen ter kennis is gekomen
ingevolge de opdracht, verstrekken aan derden, tenzij – en alsdan voorzover –
verstrekking van die informatie nodig is om de opdracht naar behoren te kunnen uitvoeren
of op hen een wettelijke plicht tot bekendmaking rust.
2. De uitzendonderneming zal op verzoek van de opdrachtgever de uitzendkracht
verplichten geheimhouding te betrachten omtrent al hetgeen hem bij het verrichten
van de werkzaamheden bekend of gewaar wordt, tenzij op de uitzendkracht een wettelijke
plicht tot bekendmaking rust.
3. Het staat de opdrachtgever vrij om de uitzendkracht rechtstreeks te verplichten tot
geheimhouding. De opdrachtgever informeert de uitzendonderneming over zijn
voornemen daartoe en verstrekt een afschrift van de terzake opgemaakte verklaring/
overeenkomst aan de uitzendonderneming. De uitzendonderneming is niet aansprakelijk
voor een boete, dwangsom of eventuele schade van de opdrachtgever als
gevolg van schending van die geheimhoudingsplicht door de uitzendkracht.

Artikel 18 Verificatie- en bewaarplicht opdrachtgever
De opdrachtgever aan wie door de uitzendonderneming een vreemdeling in de zin van
de Wet arbeid vreemdelingen ter beschikking wordt gesteld, verklaart zich uitdrukkelijk
bekend met artikel 15 van deze wet, onder meer inhoudende dat de opdrachtgever bij de
aanvang van de arbeid door een vreemdeling een afschrift van het document, zoals
bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht, van de vreemdeling dient te
ontvangen. De opdrachtgever is verantwoordelijk voor een zorgvuldige controle van het
eerder genoemde document en stelt aan de hand daarvan de identiteit van de vreemdeling
vast en neemt een afschrift van het document op in zijn administratie. De uitzendonderneming
is niet verantwoordelijk dan wel aansprakelijk voor een eventuele boete
die in het kader van de Wet arbeid vreemdelingen aan de opdrachtgever wordt
opgelegd.

Artikel 19 Voorkoming van ontoelaatbare discriminatie
Ter voorkoming van het maken van ongeoorloofd onderscheid, in het bijzonder naar
godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, geslacht, ras, nationaliteit, heteroof
homoseksuele gerichtheid, burgerlijke staat, handicap, chronische ziekte, leeftijd of
welke grond dan ook, zullen niet-functierelevante eisen bij het verstrekken van de inlichtingen
9
betreffende de op te dragen arbeid niet door de opdrachtgever kunnen worden
gesteld en evenmin door de uitzendonderneming worden meegewogen.

Artikel 20 Medezeggenschap
1. De opdrachtgever is gehouden om de uitzendkracht die lid is van de ondernemingsraad
van de uitzendonderneming of van de ondernemingsraad van de opdrachtgever,
in de gelegenheid te stellen deze medezeggenschapsrechten uit te oefenen conform
wet- en regelgeving.
2. Indien de uitzendkracht medezeggenschap uitoefent in de onderneming van de
opdrachtgever, is de opdrachtgever het opdrachtgeverstarief ook verschuldigd over
de uren waarin de uitzendkracht onder werktijd werkzaamheden verricht of een
opleiding volgt in verband van het uitoefenen van medezeggenschap.

Artikel 21 Geschillen
Alle geschillen die voortvloeien uit of samenhangen met een rechtsverhouding tussen
partijen waarop deze Algemene Voorwaarden van toepassing zijn, zullen in eerste aanleg
bij uitsluiting worden beslecht door de bevoegde rechter van het arrondissement,
waarin het hoofdkantoor van de uitzendonderneming is gevestigd.

Artikel 22 Slotbepaling
Indien één of meer bepalingen van deze Algemene Voorwaarden nietig zijn of vernietigd
worden, zullen de opdracht en de Algemene Voorwaarden voor het overige van kracht
blijven.
De bepalingen die niet rechtsgeldig zijn of rechtens niet kunnen worden toegepast, zullen
worden vervangen door bepalingen die zoveel mogelijk aansluiten bij de strekking
van de te vervangen bepalingen.
Algemene Voorwaarden van Prestatie Personeelsdiensten B.V.

Artikel 1 Werkingssfeer
1. Deze Algemene Voorwaarden zijn van toepassing op alle aanbiedingen, opdrachten
en overige overeenkomsten van Prestatie Personeelsdiensten B.V..
2. Eventuele inkoop- of andere voorwaarden van de opdrachtgever zijn niet van toepassing.
3. Van deze Algemene Voorwaarden afwijkende afspraken zijn slechts van toepassing
indien schriftelijk overeengekomen.
4. Deze Algemene Voorwaarden dienen als aanvulling op de Algemene Voorwaarden
voor ter beschikking stellen van Uitzendkrachten van de Algemene Bond
Uitzendondernemingen (ABU), als op 21 oktober 2005 gedeponeerd bij de rechtbank
te Amsterdam, onder aktenummer 167/2005.

Artikel 2 Het aangaan van een arbeidsverhouding met een uitzendkracht
a. Voor het bepaalde in dit artikel wordt onder het aangaan van een arbeidsverhouding
met een uitzendkracht verstaan:
het aangaan van een arbeidsovereenkomst, een overeenkomst tot aanneming
van werk en/of een overeenkomst van opdracht door de opdrachtgever met de
uitzendkracht;
het laten ter beschikking stellen van de betreffende uitzendkracht aan de
opdrachtgever door een derde (bijvoorbeeld een andere uitzendonderneming);
het aangaan van een arbeidsverhouding door de uitzendkracht met een derde,
waarbij de opdrachtgever en die derde in een groep zijn verbonden (als bedoeld
in artikel 2:24b BW) dan wel de één een dochtermaatschappij is van de ander (als
bedoeld in artikel 2:24a BW).
b. Voor het bepaalde in dit artikel wordt onder uitzendkracht tevens verstaan:
de aspirant-uitzendkracht die bij de uitzendonderneming is ingeschreven;
de (aspirant-)uitzendkracht die is voorgesteld aan de opdrachtgever;
de uitzendkracht wiens terbeschikkingstelling minder dan drie maanden voor het
aangaan van de arbeidsverhouding met de opdrachtgever is geëindigd.
10
c. De opdrachtgever is uitsluitend gerechtigd een arbeidsverhouding aan te gaan met
een uitzendkracht indien en voor zover wordt voldaan aan het hieronder in dit artikel
bepaalde.
d. De opdrachtgever brengt de uitzendonderneming schriftelijk op de hoogte van zijn
voornemen met de uitzendkracht een arbeidsverhouding aan te gaan, alvorens aan
dat voornemen uitvoering te geven.
e. De opdrachtgever zal geen arbeidsverhouding met de uitzendkracht aangaan indien
en voor zover de uitzendkracht de arbeidsovereenkomst met de uitzendonderneming
niet rechtsgeldig kan doen eindigen of beëindigd heeft, en indien en voor zover de
opdrachtgever de opdracht met de uitzendonderneming niet rechtsgeldig kan doen
eindigen of beëindigd heeft.
f. Indien de opdrachtgever overeenkomstig het hiervoor in lid c. tot en met e. bepaalde
een arbeidsverhouding met de uitzendkracht aangaat voor dezelfde of een andere
functie voordat de uitzendkracht gedurende 2080 uur aan de opdrachtgever ter
beschikking is gesteld, is de opdrachtgever aan de uitzendonderneming een vergoeding
verschuldigd ten bedrage van 25% van het laatstelijk geldende opdrachtgeverstarief
voor de betrokken uitzendkracht over de resterende uren. De ‘resterende uren’
worden als volgt berekend: 2080 uur minus het aantal uren dat de uitzendkracht
reeds ter beschikking is gesteld aan de opdrachtgever.
g. De opdrachtgever is de in dit lid genoemde vergoeding ook verschuldigd indien de
uitzendkracht binnen zes maanden nadat de terbeschikkingstelling aan de opdrachtgever
is geëindigd, rechtstreeks of via derden bij de opdrachtgever solliciteert, of
indien de opdrachtgever de uitzendkracht binnen zes maanden nadat de terbeschikkingstelling
aan de opdrachtgever is geëindigd rechtstreeks of via derden benadert,
en de opdrachtgever naar aanleiding daarvan met de betreffende uitzendkracht een
arbeidsverhouding aangaat.
h. Indien een uitzendkracht door tussenkomst van de uitzendonderneming aan een
mogelijke opdrachtgever is voorgesteld en deze mogelijke opdrachtgever met die
uitzendkracht een arbeidsverhouding aangaat voor dezelfde of een andere functie
voordat de terbeschikkingstelling tot stand komt, is deze mogelijke opdrachtgever
een vergoeding verschuldigd van 25% van het opdrachtgeverstarief, dat voor de
betrokken uitzendkracht van toepassing zou zijn geweest over 2080 uur, indien de
terbeschikkingstelling tot stand zou zijn gekomen. De opdrachtgever is deze vergoeding
altijd verschuldigd indien de opdrachtgever in eerste instantie door tussenkomst
van de uitzendonderneming in contact is gekomen met de uitzendkracht. Ook
indien de uitzendkracht binnen zes maanden nadat het contact tot stand is gekomen
rechtstreeks of via derden bij de opdrachtgever solliciteert of indien de opdrachtgever
de uitzendkracht binnen zes maanden nadat het contact tot stand is gebracht
rechtstreeks of via derden benadert, en naar aanleiding daarvan met de betreffende
uitzendkracht een arbeidsverhouding aangaat, is de opdrachtgever de vergoeding
verschuldigd zoals genoemd in de eerste volzin van dit lid.
i. Indien de opdrachtgever een arbeidsverhouding aangaat met de uitzendkracht tijdens
een opdracht die tussentijds opzegbaar is, is de opdrachtgever gerechtigd te
besluiten de krachtens opdracht overeengekomen opzegtermijn niet in acht te
nemen. In dat geval is de opdrachtgever echter gehouden de schade te vergoeden
die de uitzendonderneming hierdoor lijdt. Deze schade wordt gefixeerd op 30% van
het opdrachtgeverstarief over de niet in acht genomen opzegtermijn voor de betreffende
opdracht. Daarnaast dient de opdrachtgever de in lid f. van dit artikel genoemde
vergoeding te voldoen, voor zover van toepassing.
Indien de opdrachtgever met de uitzendkracht een arbeidsverhouding aangaat tijdens
een opdracht die niet tussentijds opzegbaar is, is de opdrachtgever gehouden het overeengekomen
opdrachtgeverstarief voor de betreffende uitzendkracht voor de resterende
duur van de opdracht te voldoen. Daarnaast dient de opdrachtgever de in lid f. van dit
artikel genoemde vergoeding te voldoen, voor zover van toepassing.
Het bepaalde in artikel 4 van deze Algemene Voorwaarden is eveneens van toepassing op de
in rekening gebrachte vergoedingen uit hoofde van dit artikel 2.

Artikel 3 Bijzondere minimale betalingsverplichtingen
Indien:
1. de uitzendkracht zich meldt op de afgesproken tijd en plaats voor het verrichten van
de uitzendarbeid, maar door de opdrachtgever niet in staat wordt gesteld de uitzendarbeid
aan te vangen, of:
2. ingevolge de opdracht de omvang van de uitzendarbeid minder dan vijftien uren per
11
week beloopt en de tijdstippen waarop de uitzendarbeid moet worden verricht niet
zijn vastgelegd, dan wel indien de omvang van de uitzendarbeid niet of niet eenduidig
is vastgelegd,
is de opdrachtgever ten minste gehouden aan de uitzendonderneming per oproep te
betalen het opdrachtgeverstarief berekend over drie gewerkte uren, onverminderd de
overige verplichtingen van de opdrachtgever jegens de uitzendonderneming.

Artikel 4 Betaling en gevolgen wanbetaling
a. De opdrachtgever is te allen tijde gehouden elke door de uitzendonderneming ingediende
nota binnen 28 dagen na factuurdatum te voldoen. Indien een
nota niet binnen deze periode is betaald, is de opdrachtgever vanaf dan zonder ingebrekestelling
van rechtswege in verzuim en een rente van 1% per maand verschuldigd,
waarbij een deel van een maand tot een volle maand wordt gerekend.
Opschorting van betaling of verrekening is aan opdrachtgever niet toegestaan.
b. Uitsluitend betalingen aan de uitzendonderneming of aan een door de uitzendonderneming
schriftelijk aangewezen derde werken bevrijdend. Betalingen aan uitzendkrachten
of het verstrekken van voorschotten aan uitzendkrachten zijn onverbindend
en kunnen nimmer grond opleveren voor schulddelging of schuldvergelijking.
c. De in het bezit van de uitzendonderneming zijnde doordruk of kopie van de door de
uitzendonderneming verzonden nota geldt als volledig bewijs van de verschuldigdheid
van de rente en de dag, waarop de renteberekening begint.
d. Reclames betreffende enige nota moeten binnen tien kalenderdagen na de factuurdatum
schriftelijk bij de uitzendonderneming zijn ingediend, na deze periode vervalt
het reclamerecht van de opdrachtgever. De bewijslast betreffende tijdige indiening
van de reclame rust op de opdrachtgever. Indien een klacht wordt ingediend, kan de
opdrachtgever niettemin geen beroep doen op opschorting van de betalingsverplichting
of op verrekening.
e. Alle kosten van inning komen geheel voor rekening van de opdrachtgever. De vergoeding
voor buitengerechtelijke kosten worden gefixeerd op 15% van de verschuldigde
hoofdsom inclusief rente met een minimum van 750,00 euro per vordering. Deze
vergoeding zal steeds, zodra rechtsbijstand door de uitzendonderneming of door de
derde die tot de betaling gerechtigd is, is ingeroepen respectievelijk de vordering
door de uitzendonderneming ter incasso uit handen is gegeven, zonder enig nader
bewijs in rekening worden gebracht en door de opdrachtgever verschuldigd zijn.

Email Applications CSV

×

Enter an email address, separate multiple emails by ",".